Ik was ontroerd. Door het landschap. De stilte. De ondergesneeuwde natuur, die geduldig wacht tot de eerste zonnestralen de ontdooiing inzetten. Maar bovenal was ik ontroerd door de kennismaking met de Sami cultuur.
We hadden die dag een druk programma, ’s morgens met een rollator naar de andere kant van het dorp, en ’s middags waar ik het meest naar uitkeek: met de husky’s gaan sleeën!
Het vervoermiddel bij uitstek is daar inderdaad de rollator, al begrijp ik na 5 kilometer nog steeds niet waarom ik dat ding terug uit de kast zou halen in plaats van te voet te gaan. Verschrikkelijk vond ik het! Je bedient het zoals een step, maar vermoeiend dat dat is! Te weten dat de meeste mensen hier bejaard zijn, en dat als vervoermiddel hebben; die mensen hebben nogal een conditie! Chapeau!
Maar dus, toen we eenmaal aan de andere kant van het dorp geraakt waren, wachtte een super mega sympathieke dame ons op, om wat meer te vertellen over de Sami cultuur. Die dame heeft nog geen beetje indruk op me gemaakt. Die staat echt voor haar cultuur, en is trots dit te mogen delen met ons. Er staan een paar van haar rendieren voorzichtig vanachter de takken naar ons, maar vooral naar die mand vol mos, te kijken. Het is een zware winter voor de beestjes. En dat na een natte lente, dat maakt het voor de rendieren nog moeilijker om het mos vanonder het dikke pak sneeuw te graven. Terwijl de vrouw verder vertelt, schaam ik me meer en meer voor onze individualistische en materialistische manier van leven. Ik voelde me daar op een bepaalde manier zó thuis dat ik er wilde blijven, en het afscheid kneep dan ook mijn keel dicht. Nog een tasje koffie (met een blokje kaas in) om op te warmen, en dan terug die rollator op naar de chalet. Daar heb ik al mijn energie voor nodig, dus moet ik efkes niet praten of uitleggen wat me bezielt.
Eenmaal thuis lees ik nog over de Sami cultuur. Hoe ze tot voor kort nog als nomaden leefden, en hun kuddes rendieren overal mee volgden. Hoe ze een plek en een stem veroveren in de parlementen van de desbetreffende landen. Hoe ze enkel van de aarde nemen wat ze nodig hebben, en als ze al een dier slachten, hier ook echt alles van gebruiken. Tot gereedschap maken van de botten. Ik onthoud vooral hoe gastvrij en vriendelijk ze zijn, voor ons, als onwetende toerist, om toch hun hart open te zetten en ons verwelkomen en knuffelen alsof we mekaar al jaar en dag kennen. Giitu!
’s Middags vind ik de hobby waar ik naar op zoek ben! Zes husky’s huilen, blaffen en trekken aan de lijnen. Ze eisen alle aandacht op, want ze willen vertrekken! En daar gaan we! Door de bossen, over de bevroren rivier (yep, efkes bergaf, spannend met die slee, want je wil niet met die slee tegen pootjes glijden), over sneeuw en ijs… het wordt ondertussen donker, dus we krijgen een lamp op ons hoofd, niet dat ik daarmee zelf meer zie… ik denk maar dat ik vooral meer zichtbaar moet zijn voor de anderen. De honden weten wel naar waar ze moeten lopen, daar ga ik maar vanuit. Af en toe is het precies bobsleeën, zo snel dat we gaan door de bochten! Bevroren en ijskoud, en tot op vandaag nog altijd één gevoelloze vingertop, maar het was het zo waard!
Dus, ik heb heimwee. Heel hard! Wanneer gaan we terug?
ja, hou mij op de hoogte wanneer je terug gaat! Tof!
LikeLike
Gaan maar, ik pas ondertussen wel op VOS.
LikeLike