De begrafenis

Een tijdje geleden is mijn tante begraven. Onze familie is nogal trots, dus eigenlijk wisten we maar amper dat ze al 8 maanden zo ziek was dat ze bijna al haar tijd doorbracht in het ziekenhuis. Te trots om iemand van haar broer of zussen onder ogen te willen komen. Laat staan neven en nichten. Alle respect, het was altijd zo’n nette dame, perfect gekleed en haar haren altijd mooi met speldjes opgestoken. Het doet me nadenken. Heel onze kant van de familie zit inderdaad zo in mekaar, wij zijn er goed in dingen voor onszelf te houden. Ik herken het helemaal.

Tijdens een afscheidsdienst word je geconfronteerd met wat oh zo bij het leven hoort en tegelijk zo angstaanjagend is: de dood. Ooit lig je daar zelf. En wat wil je dat ze dan over je zeggen? Hoeveel volk zou er zitten? De ceremoniemeester wijst ons heel sereen onze plaats. Die man kent zijn job.

Het zegt iets op welke rij je zit hoever je er zelf nog vanaf bent. Ik zit op de vierde rij. Maar mijn twee zussen zitten op rij drie! En ik ben nog geeneens de jongste! ‘Komen jullie niet hier zitten?’ Vragen ze stilletjes voor de dienst begint. Ik heb precies liever, onbewust op die moment, dat zij zich verplaatsen naar de vierde rij. Bijgeloof? Mijn tijd is weeral een generatie dichter bij het einde. Op de eerste en de tweede bank zitten mijn ouders, en andere tantes en nonkels. Allemaal zien ze er veel ouder uit dan de vorige keer dat ik ze nog zag. Mijn meest heldere herinnering is dan ook de feestjes bij ons bomma vroeger, de tijd dat ik nog deel uitmaakte van de vorige generatie. Met alle tantes en nonkels, neven en nichten aan één grote tafel! Dan gingen er pakjes rond met koordjes die je met vorken moest losprutsen, tot iemand anders een zes gooide met de dobbelsteen. Met wat geluk zat er een cent in, of anders een knoop, maar het plezier dat juist jij dat pakje open kreeg binnen de tijd vergeet je nooit. Waar is die tijd. Lang geleden. Om het geheel compleet te maken, zegt mijn neef naast me nog tegen me dat de tijd aangebroken is dat we mekaar alleen maar op begrafenissen zien. Moeilijk om toe te geven dat hij gelijk heeft.

Ik ben eigenlijk niet meer zo gelovig. De teksten die de pastoor vooraan uitspreekt plakken niet zo op mij, en maken dat ik mijn emoties bij momenten onder controle heb. Ook tijdens de muziek, een orgel ondersteund door enkele koorleden, kan ik mijn tranen redelijk bedwingen. Maar als ik de schouders van mijn nonkel op een neer zie gaan van het snikken, en ook anderen hun zakdoek zie bovenhalen, schiet de krop in mijn keel. De persoonlijke boodschap van mijn neef, het petekind, pakt iedereen. Nogal onvoorzien pakt hij het woord, hij staat dus ineens vooraan naast de pastoor, en na mekaar een aantal seconden aan te kijken en de pastoor bruusk zijn zin onafgemaakt stopzet, zegt mijn neef: klein intermezzo, en een kleine lach gaat door de kerk. Hij heeft een en ander opgeschreven, wat persoonlijke zaken over onze tante, en daarmee raakt hij iedereen. Mijn neef heeft zoiets altijd goed gekund. Ik zie hem nog staan op een stoel op ons jaarlijks nieuwjaarsfeest, een of ander sketchke nabootsend van Urbanus. Iedereen lag strijk hoe hij deed dat hij zijn tekst zocht tussen allemaal kleine snippers papier die hij uit zijn broekzak in het rond smeet, want op een van die minuscule briefjes stond dan zogezegd op wat hij wilde zeggen. Hilarisch!

Na de kerkdienst duiken we onder de zussen nog een cafeetje binnen voor een koffie. De emotie moet er wat af. Efkes napraten. Vooral roddelen. Een aantal leuke anekdotes komen aan bod. Mijn ene zus moest lachen met het feit dat een van de ceremoniemeesters het ruitje van de lijkwagen aan t poetsen was. Mijn tante is gecremeerd maar goed, dan kan ze toch nog iets zien voor ze bijgezet wordt op haar definitieve rustplaats. Mijn andere zus kan er maar niet over hoe sommigen er zo anders uitzien. Beiden zeggen me wel dat mijn gezicht boekdelen spreekt hoe ik over sommige dingen denk.

Maar, waar de kerk al goed voor is, al is het ook voor de ongelovigen onder ons, we bidden tot God, en ineens schijnt, op deze regenachtige dag, de zon binnen door de glasraampjes van de kerk. Recht op mijn zus haar hoofd. Zij doet beleefd wat de pastoor vertelt, en vraagt vergeving voor het feit dat ze soms zo’n bitch is op het werk. Ze voelt zich, zegt ze nippend aan haar thee, bevrijd. Kan ze weer opnieuw beginnen.

2 gedachten over “De begrafenis

    1. Absoluut! En ik herken er zovele dingen in! Kon ik maar schrijven zoals jij zus… je zou ook wat zien dan hoor. Je verwoordt alle gebeurtenissen zoals ze ook gebeurd zijn én… ik begrijp alles tussen de regels door… In één woord: GEWELDIG!

      Geliked door 1 persoon

Geef een reactie

Vul je gegevens in of klik op een icoon om in te loggen.

WordPress.com logo

Je reageert onder je WordPress.com account. Log uit /  Bijwerken )

Twitter-afbeelding

Je reageert onder je Twitter account. Log uit /  Bijwerken )

Facebook foto

Je reageert onder je Facebook account. Log uit /  Bijwerken )

Verbinden met %s